De spreker, de heer A.Balster, gaf als kern van zijn presentatie aan de kwaliteit en de beinvloeding daarvan op de opname en weergave van opgeslagen c.q. uitgezonden spraak en muziek. Hij gaf in het begin van zijn betoog een aantal geluidsvoorbeelden waarin een degradatie van de kwaliteit duidelijk waarneembaar was door b.v. een Optimod. Hij liet ook horen hoe het dan wel zou moeten klinken.
Ook zette hij kort de digitale en analoge informatie tegenover elkaar met daarbij de voor- en nadelen. Een van de voordelen van gedigitaliseerde opslag is een nagenoeg eeuwig durende kwaliteit. Als je het over analoge signalen hebt komen al gauw ook de buizenversterkers uit de kast. De heer Balster heeft ook in zijn werkzame leven bij Philips Phonografische Industrie veel apparaten met daarin de bekende 'radiolampen' ontworpen zoals mengtafels met toebehoren. Later kwam natuurlijk het halfgeleider tijdperk met aanvankelijk de transistor en later de chip.
Ook kreeg het hoofdstuk kabels en transport de nodige kritische aandacht: waarom gouden pluggen en een gouden stukje kabel als de rest gewoon van koper is......? Hoort een mens het verschil tussen goud en koper?
Meten is een belangrijke zaak. Maar kennelijk kan niet alles gemeten worden en hanteren mensen een groot aantal uitdrukkingen om hun ervaring bij het beluisteren van spraak en muziek weer te geven. Niettemin blijft de wens bestaan om hetgeen beluisterd wordt objectief te kunnen kwalificeren. Dit geldt met name voor die elementen in de audioketen die de akoestiek naar de elektriek vertalen en terug. Een professionele spreekster liet o.a. het 'nabijheidseffect' van bepaalde typen richtingsgevoelige microfoons horen. Zelfs de omnidirectionele microfoons bleken een zeker richteffect te hebben.
Uiteraard kwamen de akoestische eigenschappen van de opnamestudio en weergaveruimte inclusief de huiskamer aan de orde. Ook de plaats van de microfoon in de opnameruimte speelt een grote rol. Denk hierbij aan de reflecties die al of niet moedwillig worden opgewekt. Men kan hierbij aardig 'in de fout' gaan. Hetzelfde gaat op bij de opstelling van de monitoren in de afluisterruimte. En wat zijn de eigenschappen van deze monitoren? Kunnen deze luidsprekers de signalen met voldoende precisie weergeven?
Hoeveel processing willen we toelaten? Ofwel, moeten we veel aan de knoppen zitten of helpen we daarmee juist een briljante opname 'naar de knoppen'? Denken we defecten in de opname te kunnen corrigeren met allerlei trucendozen?
Kortom, het was een bijeenkomst waarbij de aanwezigen soms met 'kromme tenen' zaten. Maar er was ruimte voor vraag en antwoord. Dit was zeker het geval na de officieëe afloop van het programma: er was voldoende ruimte om na te praten.
Wij danken de heer J.van Strien met zijn staf voor de gastvrijheid die wij in zijn SWAMP MUZIEK STUDIO hebben mogen genieten.